Het vervolg op de WhatsApp-uitspraak van 20 maart 2019 is daar. De Raad van State maakt in een uitspraak een aantal dingen duidelijk:
- Na een negatieve uitspraak voor het bestuursorgaan hoeft het niet direct gevolg te geven aan die uitspraak als hoger beroep wordt aangetekend (in dit geval WhatsApp-berichten verzamelen), maar moet men wel zorgdragen voor het behouden van de documenten.
- WhatsApp-berichten hoeven niet te worden bewaard volgens de Archiefwet. Dit zou zelfs uit de AVG volgen. In elk geval wat betreft de WhatsApp-berichten op de privételefoon.
- Navraag bij de betrokken ambtenaren is voldoende om vastgesteld te krijgen of WhatsApp-berichten wel of niet berusten onder het bestuursorgaan.
- Mailboxen vindt de Raad van State echt iets anders dan WhatsApp-berichten. De berichtenapps worden niet beheerd door het bestuursorgaan.
- De stelling dat er meer documenten moeten zijn, moet concreet gemaakt worden door de verzoeker. Zeker als de verzoeker al veel informatie heeft gekregen.