In de periode van 1 april 2007 tot 1 januari 2010 wordt de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) dé basisregistratie van persoonsgegevens voor de hele overheid.
Concreet betekent dit voor gemeenten dat overal waar zij publiekrechtelijke taken uitvoeren en daarbij persoonsgegevens gebruiken, deze persoonsgegevens uit de GBA moeten halen (“gebruiksplicht”). Daarnaast zullen gemeenten voorzieningen moeten treffen om bij twijfel over de juistheid van persoonsgegevens een terugmelding te kunnen doen binnen de eigen organisatie of naar andere gemeenten via de landelijke GBA-terugmeldvoorziening (“terugmeldplicht”). Bovendien zullen de afdelingen of diensten Burgerzaken in staat moeten zijn om terugmeldingen van landelijke afnemers te ontvangen en adequaat af te handelen.

De VNG adviseert gemeenten om zo snel mogelijk met de invoering van de Basisregistratie Personen van start te gaan en de benodigde technische en organisatorische aanpassingen te realiseren. Zowel in het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en E-overheid (NUP) als het actieplan “Kwaliteit GBA” wordt de Basisregistratie Personen genoemd als project waaraan gemeenten prioriteit toekennen.
De invoering van de basisregistratie Personen moet niet worden onderschat. Een gemiddeld project duurt anderhalf jaar en bij de meeste gemeenten zullen er separaat budget en middelen moeten worden vrijgemaakt. Bovendien is het een project dat niet alleen de afdeling of dienst Burgerzaken aangaat. Vanaf 1 januari 2010 zullen alle afdelingen en diensten aan de wettelijke gebruiks- en terugmeldplicht moeten voldoen, zodat gemeentebreed draagvlak noodzakelijk is.
Adviseurs van EGEM i-teams staan klaar om u bij de implementatie te ondersteunen. Voor meer informatie of voorlichting over de mogelijke consequenties en de stappen die bij de implementatie aan de orde komen, kunt u terecht bij het agentschap Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.