NETWERK VOOR DE INNOVATIEVE INFORMATIEWERKER
Den Haag, 31 maart 2016
De rechtspraak is aan het moderniseren en digitaliseren, en daar krijgen ook de professionele procespartijen mee te maken, want digitaal procederen wordt voor hen in 2018 verplicht. Wat betekent dat voor hen?
Wat is het verschil tussen die 2? Dat zit hem vooral in de automatiseringsgraad. Mijn Rechtspraak is een webportaal, geheel beveiligd te bereiken via www.rechtspraak.nl, terwijl het Aansluitpunt Rechtspraak een directe, veilige koppeling is tussen het systeem van de Rechtspraak en het systeem van het bestuursorgaan.
Kiest de organisatie om te werken via Mijn Rechtspraak, dan logt men op het webportaal in om bij het digitale dossier te komen dat in het portaal ‘ligt’. Ook gaat men daarheen om documenten te uploaden of gegevens in te voeren via webformulieren. Voor deze manier van werken hoeft het bestuursorgaan zijn eigen systeem niet te veranderen. Heel anders is dat bij het Aansluitpunt Rechtspraak: dit ’stopcontact van de Rechtspraak’ zorgt in combinatie met de juiste ‘stekker’ van het bestuursorgaan voor een volledig geautomatiseerde uitwisseling van gegevens. Het digitale dossier bevindt zich in dit geval in het eigen systeem van het bestuursorgaan en de gegevens van de Rechtspraak komen automatisch in het dossier terecht.
Bestuursorganen en andere professionele partijen die willen gaan werken via het Aansluitpunt, moeten ook aan de slag, want zij moeten hun eigen ‘IT-stekker’ ontwikkelen. Er valt geen algemene uitspraak te doen over de grootte van het zaaksvolume waarbij het zinnig en rendabel is te kiezen voor het Aansluitpunt, is de boodschap. Verschillende factoren kunnen van invloed zijn op die beslissing, die door de procespartij zelf genomen moet worden. ‘Het is een samenspel van factoren. Het aantal zaken dat je doet en de omvang van de dossiers bijvoorbeeld, want het uploaden van dikke dossiers is veel werk. Ook de mate van digitalisering van de organisatie kan meewegen in het besluit: hoever ben je, heb je wellicht sowieso plannen om vernieuwingen door te voeren?’ En het is de vraag of je het in je eentje moet doen. De deurwaarders ontwikkelen bijvoorbeeld gezamenlijk een ‘hub’ waar een individueel kantoor op ‘in kan prikken’. Grote advocatenkantoren zijn een samenwerkingsverband aangegaan en ook de VNG overweegt om ‘knooppunten’ te ontwikkelen. De IND heeft al een ‘stekker’ ontwikkeld en kan tips geven. In de gangen rond de bijeenkomst zijn al contacten gelegd.
Kortom, er is werk aan de winkel, aan beide zijden. De Rechtspraak wil een algemeen (‘generiek’) aansluitpunt ontwikkelen dat in een brede functionele behoefte voorziet. Daartoe worden de aanwezigen opgeroepen om hun wensen uiterlijk 15 april 2016 kenbaar te maken, hoewel die mogelijk niet alle gehonoreerd zullen worden. ‘Wel kort dag’, is de reactie van aanwezigen, want die moeten intern met hun IT-afdelingen om de tafel. Ook mogen de deelnemers aangeven of ze willen meedoen aan een workshoptraject dat hiervoor in april en mei gaat lopen. Het lijkt erop dat velen daarbij willen zijn, al was het alleen maar om op de hoogte te blijven en van elkaar te leren. Duidelijk is dat de Rechtspraak vaart wil maken.
Bekijk de presentatie die op 23 maart werd gegeven en www.rechtspraak.nl/modernisering Vragen? Mail: externen.kei@rechtspraak.nl
© 2024 Gemaakt door Marco Klerks. Verzorgd door
Je moet lid zijn van BREED - over de grenzen van informatie om reacties te kunnen toevoegen!
Wordt lid van BREED - over de grenzen van informatie