Op 1 mei aanstaande treedt de Woo in werking. Met ingang van deze datum zijn bestuursorganen ook verplicht om op grond van artikel 4.7 van de Woo een of meerdere contactpersonen aan te wijzen die vragen kunnen beantwoorden over de beschikbaarheid van publieke informatie. Over de manier waarop bestuursorganen deze nieuwe functie moeten invullen, is veel open gelaten door de wetgever.
Wat ging er aan vooraf?
In het oorspronkelijke wetsvoorstel van de Woo was een documentenregister opgenomen. Verzoekers zou het daarmee makkelijker worden gemaakt om inzicht te krijgen in wat er allemaal aan documenten aanwezig is bij een bestuursorgaan. Een verzoek zou dan ook specifieker kunnen zijn. Dit moest het voor bestuursorganen ook makkelijker maken om verzoeken af te handelen. Het documentenregister is fel bekritiseerd, onder andere door de VNG, omdat er nog veel over onduidelijk was voor de praktijk. In deze column was Cornelis van der Sluis ook duidelijk geen voorstander. Dit wordt ook nog eens besproken in dit uitgebreidere artikel. Naar aanleiding van de kritiek is het documentregister geschrapt. Als wisselgeld is daarop de Woo-contactpersoon in het leven geroepen (zie o.a. ook dit artikel hierover).
Je moet lid zijn van Openbaarheid, privacy en security om reacties te kunnen toevoegen!